Verloop van een cataractoperatie

Na ontsmetting van het oog en de huid rond het oog komt het gezicht onder een gatdoek. Een ooglidsperder houdt de ogen open.

Langs 3 kleine sneetjes op de rand van het hoornvlies bewerkt de chirurg de lens. Na het maken van een ronde opening in het voorste lenskapsel wordt de inhoud van de lens ter plaatse verbrijzeld en opgezogen.

De plooibare implantlens wordt door de grootste insnede in de kapselzak geschoven en zal daar ontvouwen en zijn definitieve plaats nemen. De voorkamer van het oog wordt gespoeld met een antibiotica-oplossing en de insnedes worden gesloten door ze op te spuiten met vocht. Hechtingen zijn zelden nodig.

Een onbewerkte video van een standaard cataractoperatie met gesproken uitleg door dr. Derveaux.

Verdoving

Een lensingreep gebeurt in de regel onder lokale verdoving: met druppels op het hoornvlies en eventueel nog een verdovende spoeling inwendig. De patiënt hoeft niet nuchter te zijn en neemt gewoonlijk alle medicijnen door, ook bloedverdunners.

Soms doen we de ingreep onder algemene verdoving:

  • bij patiënten die een paniekaanval vrezen
  • bij moeilijk samenwerkende patiënten (mentale beperking, communicatieproblemen, dementie)

Wat zie ik tijdens een cataractoperatie?

Het andere oog is bedekt door een steriele doek en ziet niets. Het oog dat geopereerd wordt, is al snel verblind door microscooplicht. In het begin van de ingreep kunnen wat contouren van instrumenten zichtbaar zijn, zonder al teveel detail. Tijdens de operatie is het zicht troebel en merken veel patiënten verschillende kleurige fenomenen op. Af en toe wordt het beeld ook donker.

Wat als ik beweeg tijdens een cataractoperatie? Wat als ik knipper?

Kleine oogbewegingen zijn geen probleem. U kunt niet knipperen omdat de oogleden opengehouden worden door een ooglidsperder.

Voel ik pijn bij een cataractoperatie?

De patiënt merkt tijdens de ingreep manipulaties aan het oog op: het oog wordt gestuurd in de ene of de andere richting en de oogleden worden opengehouden. De pijnzenuwen zijn goed verdoofd, maar de patiënt ervaart af en toe een drukkend gevoel.

Tijdens de operatie wordt het oog frequent gespoeld.

Welke medicatie moet ik stoppen bij een cataractoperatie?

Algemeen

Voor een ingreep onder lokale verdoving moet geen enkel medicijn gestopt worden. Wanneer een patiënt volledig verdoofd wordt voor de ingreep, moet die nuchter blijven volgens de richtlijnen van het ziekenhuis.

Bloedverdunners

Ook bloedverdunners moeten niet gestopt worden, tenzij de ingreep zou gecombineerd worden met een andere oogingreep (bv. glaucoom).

Prostaatmedicatie

Sommige medicijnen tegen prostaatvergroting (tamsulozine, Combodart® e.a.) zorgen er soms voor dat de pupil wat minder wijd staat tijdens de operatie. Het is interessant dat uw chirurg van deze medicijnen op de hoogte is, maar stoppen heeft geen effect en is dan ook niet nodig.

Risico's van een cataractoperatie

Complicaties van een cataractoperatie die blijvende slechtziendheid veroorzaken, zijn gelukkig zeer uitzonderlijk. Sinds het inwendig spoelen van het oog met antibiotica vanaf 2010 is de kans op infectie (endoftalmitis) kleiner dan 1 op 10 000. Een spontane (choroïdale) bloeding in het oog komt even zelden voor, en bijna uitsluitend bij patiënten op hoge leeftijd (ouder dan 85 jaar).

In 1 op 250 à 500 van de operaties kan het ophangsysteem van de lens loskomen (zonulolyse) of een scheur krijgen. Deze complicaties kunnen meestal opgevangen worden tijdens de ingreep, maar soms kan de eerste keuze implantlens niet geplaatst worden. Uitzonderlijk (1 op 1000) kan er een bijkomende operatie nodig zijn.

Een cataractoperatie verhoogt het risico op een netvliesloslating, met name op jongere leeftijd, bij bijziendheid en bij mannen. Een glasvochtloslating met het zien van floaters treedt immers vroeger op en kan verwikkeld zijn met netvliesscheuren.

Implantlenzen

Een monofocale implantlens in het oog na een cataractoperatie

De patiënt kan kiezen tussen verschillende implantlenzen: