Trifocale implantlenzen zijn multifocale implantlenzen waarmee verzicht, tussenzicht en leeszicht kan bekomen worden. Ze worden gebruikt bij een operatie voor lensvertroebeling (cataract), maar ook bij een heldere lens na de leeftijd van 45 jaar, puur om brilafwijkingen zoals verziendheid, bijziendheid en astigmatisme te corrigeren (refractieve lenswissel of clear lens exchange).
Werkingsmechanisme
Trifocale implantlenzen zijn lenzen die het binnenvallende licht afbuigen tot 3 focuspunten, die overeenkomen met verzicht, tussenzicht (computer - dashboard) en leeszicht.
Het ontwerp van de implantlens maakt slim gebruik van de natuurlijke veranderingen in pupilgrootte:
- Bij lezen wordt de pupil kleiner en wordt meer licht gebruikt voor de leesafstand
- Onder daglicht is zowel verzicht, tussenzicht als leeszicht mogelijk.
- In het donker wordt de pupil wijder en wordt het verzicht bevoordeeld. Dit is vooral belangrijk voor het autorijden 's nachts.
Wat mag een patiënt verwachten van een trifocale implantlens?
Meer dan 96% van de patiënten met een trifocale lens gebruikt nooit nog een bril. Het zicht dat ze bekomen volstaat voor hen om alle dagelijkse activiteiten uit te oefenen op alle afstanden tussen ver en 40 cm afstand.
Wat kan een patiënt niet verwachten van een trifocale implantlens?
Geen enkele multifocale implantlens zal ooit de pure optische perfectie op alle afstanden kunnen geven. Hiervoor zou een dynamische lens nodig zijn die het focuspunt actief verlegt zoals een jonge natuurlijk lens. Ondanks talrijke pogingen de laatste twintig jaar is er geen enkele doorbraak op dit gebied.
De trifocale implantlens is meest performant voor verzicht en leeszicht op 35 à 40 cm, met ook een zeer functioneel zicht in een zone op 60 à 80 cm. Voor heel fijn werk, dichter dan 40 cm, kan zeker nog een leesbrilletje nodig zijn. De patiënt ontdekt spontaan in de weken na de operatie zijn voorkeursafstanden. Als er beperkingen zijn, dan doen ze zich vooral voor onder slechte lichtomstandigheden.
De patiënt moet aanvaarden dat de optische werking onder nachtelijke omstandigheden frequent aanleiding kan geven tot halo's (kringen rond lichten) of uitwaaierende lichten. Deze optische bijfenomenen zijn in de meeste gevallen vooral de eerste maanden opvallend en verminderen doorgaans de eerste 6 à 9 maanden.
Wie komt in aanmerking voor een trifocale implantlens?
Bij patiënten die voldoen aan deze voorwaarden is er vaak een zeer grote tevredenheid:
- Het oog moet in goede gezondheid zijn. Dit betekent vooral een helder hoornvlies, een goede tranenfilm en een gezond netvlies en gezonde oogzenuw.
- De patiënt moet realistische verwachtingen hebben. Wie in het verhaal stapt met een verwachting van 9/10 zicht voor ver, dicht, en lezen, is zelden ontgoocheld in het eindresultaat. De hyperperfectie onder alle lichtomstandigheden en op alle afstanden kan nooit geboden worden.
- De patiënt moet accepteren dat in 1-3% van de gevallen er na de lensingreep nog wat restafwijking is die kan moeten bijgecorrigeerd worden met laser of een toevoeglens.
- De patiënt moet voldoende aanpassingsvermogen hebben om de nieuwe manier van kijken eigen te maken. Hoogbejaarde patiënten of patiënten met een neurologische aftakelingsziekte opteren beter voor een monofocale implantlens.
Informatie over terugbetalingen van mutualiteit en hospitalisatieverzekering.
Wanneer de ingreep puur voor het wegwerken van een bril gebeurt, is het bedrag volledig ten laste van de patiënt.
Wanneer de aandoening cataract behandeld wordt, kan de patiënt 25 à 45% van de totaalsom recupereren via de mutualiteit of een hospitalisatieverzekering. Op vraag kan een simulatie van het eigen aandeel geboden worden.